Klik hier voor zijn website met speellijst en zo |
Uren, dagen, maanden, jaren
Vliegen als een schaduw heen
Zij die eens gelukkig waren
Wonen nu in Amstelveen
(Ivo de Wijs)
Vrijdag tien
oktober ging de voorstelling van Raf Walschaerts in première. Raf is
vaak een helft van het Belgische duo Kommil Foo, maar deze avond even
niet, want hij speelde zijn solovoorstelling 'Jongen Toch'. In
september was hij er al mee begonnen in België, maar dit was (bijna)
voor het eerst in Nederland en vandaar dat er ook groots 'PREMIÈRE'
op het kaartje stond. Ik vond dat heel echt klinken en het feit dat
er ook nog eens vrijkaartjes klaar lagen bij de kassa maakte dat
Froukje en ik heel belangrijk keken toen we de trein in stapten. Want
de voorstelling was natuurlijk niet in Groningen, waar we wonen, of
in Heerenveen, waar we in het weekend wonen, maar in Amstelveen. En
dat is best lang reizen.
Froukje en Lotte en de reis naar Amstelveen
Het was 18:01 toen
we in Heerenveen op de trein stapten. Het ding puilde uit van mensen
en weekendtassen met vuile was (denk ik). We konden niet eens naast
elkaar zitten, maar waren al lang blij dat we kónden zitten en
daarbij was de reis nog lang genoeg. We moesten immers dezelfde avond
ook nog terug.
Na onze overstap
in Zwolle hadden we een mooi plekje naast elkaar. Ik had zes wraps en
een liter sinaasappelranja bij me dus we vermaakten ons prima.
Ondertussen bespraken we de voorstelling van die avond. Beide hadden
we nog nooit van Raf Walschaerts gehoord, dus waren we erg benieuwd.
We maakten veel grapjes over het feit dat de voorstelling in Amstelveen was. 'We
moeten wel onze metro halen om elf uur, anders komen we nooit meer
weg uit Amstelveen'. 'Haha, nee, dan zit je vast in Amstelveen, dat
moet je niet willen.' 'Nooit meer weg uit Amstelveen.'
Netjes op tijd
kwamen we aan in het pittoreske Amstelveen waar we helaas niks van
zagen want het was nogal donker. We vonden het theater (ook wel
genoemd: cultureel centrum) zonder te verdwalen en we zeiden het nog
maar eens tegen elkaar: 'even goed de weg onthouden, dat we niet
vanavond verdwalen en nooit meer weg komen uit Amstelveen.' Nee, stel
je toch voor.
'Jongen Toch!'
De zaal was niet
groot en het decor simpel: rechts (voor de kijkers links) stond een
zwarte vleugel met een hanglamp erboven en een gitaar, helemaal links
een houten stoel. Er was geen podium, de speelvloer begon bij de
beenruimte van de mensen op de eerste rij, wat een intieme setting
gaf.
Er kwam een
kwetsbare man binnen. We verwelkomden hem met applaus. Hoewel het een
klein zaaltje was, plaats voor zo'n 250 mensen, was het bij lange na
niet uitverkocht. Zelfs op de eerste rij waren er zeker zes plekken
leeg. Een beetje ongemakkelijk begin, waarin er wel werd gelachen,
maar niet zo hard dat het klonk alsof we het echt heel leuk vonden.
De grappen die hij maakte waren of voorspelbaar, of grof, of een
combinatie van die twee. Een vrouw die ik na de voorstelling sprak,
formuleerde het treffend: 'Ik dacht even, hij gaat het toch niet
alleen maar hebben over mensen van achteren nemen!'
Ik hoopte vurig
dat het niet zo bleef. Misschien had het ook te maken met mijn
verwachting, ik verwachtte cabaret. Dat is een breed begrip, maar
meestal wel iets met grappen. En ik vond het niet grappig. Gelukkig
veranderde de stroeve sfeer snel. Raf bleek prachtig te kunnen
vertellen. Hij vertelde meeslepend over zijn ouderlijk huis, zijn
jeugdliefde en zijn leven. Hij nam ons zo mee dat het hele publiek
schrok toen er in zijn verhaal een jongetje door de dakgoot krakte.
Raf heeft een lage
stem die ontzettend fijn is om naar te luisteren. Helemaal als hij
daarbij zijn gitaar grijpt, of achter de piano gaat zitten. Op een
parlando-achtige manier zingt hij liedjes en met name het eerste en
laatste liedje, over zijn ouderlijk huis, 'waar mijn moeder voor de
spiegel stond, een strik in haar haren bond,' heeft me geraakt.
Toen we na
ongeveer een uur en drie kwartier de zaal uitliepen, konden we niet
meteen formuleren wat we ervan vonden. 'Ik moet er nog even over
nadenken,' zei Froukje. Het was zo anders dan verwacht, helemaal niet
zo grappig, maar wél mooi. Mooie liedjes, mooie stem, mooi verhaal.
Een verhaal dat aan het einde net even iets anders blijkt te zitten
dan je denkt.
Met een drankje in
onze hand infiltreerden we in gesprekken van andere mensen, om te
horen wat zíj ervan vonden. Dezelfde vrouw die eerst bang was dat
alles over seks zou gaan, was positief over de hele voorstelling:
'Nee, ik vind de voorstelling heel mooi. Ik vind het knap hoe het in
elkaar zit en vooral de liedjes zijn erg mooi.' Sommigen waren onder
de indruk van de structuur van het verhaal, een soort raamvertelling,
anderen vooral ontroerd door de gevoelige liedjes. De een noemde
onmiddellijk Rafs expressiviteit, anderen waren gegrepen door zijn
sterke piano- en gitaarspel. 'Als hij achter de piano kruipt, ben je
toch meteen stil?' Sommige mensen vonden dat het wel erg veel over
seks ging, anderen vonden het 'echt heel erg grappig'.
Een man die later van Rafs management bleek te zijn, heeft de
voorstelling ook in België gezien en zag grote verschillen in hoe het
publiek reageerde. 'Het ging hier minder makkelijk dan in België, er
werd minder hard gelachen en ik zag gewoon hoe Raf meer
geconcentreerd en gefocust raakte. Het werd er eigenlijk beter van!'
Iemand anders,
voor wie het ook al de derde keer was dat ze de voorstelling zag, was
meer dan enthousiast: 'ik heb twee try-outs gezien en nu de echte
voorstelling. Elke keer weer vind ik het prachtig. Het is mooi om te
zien hoe het nu af is.'
Froukje en Lotte en de reis weg uit
Amstelveen
Met het laatste
liedje nog zachtjes naneuriënd, lopen Froukje en ik weer richting
het metrostation (dat dus boven de grond is, dat is toch verwarrend
voor mensen uit Friesland?). En weer, ruim op tijd. Dus, 'haha, wat
kan er nu nog mis gaan!?' Nou, ik zal even vertellen wat er mis kan
gaan, je kunt op de goede tijd, op het goede perron, in de verkeerde
metro stappen. En dan opeens in Onderuit blijken te zijn. En dan van
pure paniek je OV-kaart door midden breken en in een tram stappen
(die dus op hetzelfde spoor gaat als de metro!?). 'Gaat deze naar
Amsterdam-Zuid?' vroegen we, de mensen in de <s> metro </s>
tram knikten. Bij de volgende halte stopt de metro met de mededeling
'dit is het eindpunt van deze tram'. Amstelveen centrum. De ietwat
norsige conducteur wees ons waar het metrostation was alwaar we, daar
waren we van overtuigd, nu toch echt de metro richting Amsterdam-Zuid
konden nemen. Dat was ook zo. Klein obstakel: vanuit daar ging er
geen trein meer naar Heerenveen. Ook niet naar Groningen. Of Zwolle
desnoods. Iets minder eufemistisch gezegd: we konden op geen enkele
manier meer thuis komen.
Staand in de metro
belde ik mijn vader vanuit de hardnekkige overtuiging, 'ouders hebben
altijd oplossingen voor onoplosbare problemen'. Helaas kon hij ons
ook niet terug naar Heerenveen transporteren. 'Anders bel je Henk',
zei hij, en dat deed ik dan maar. Henk is mijn oom en woont in
Amsterdam. Ik belde twee keer tevergeefs op zijn mobiel. Froukje zat
ondertussen driftig op haar ov-app te klikken. 'Het verste dat we nog
kunnen komen in Amersfoort.' Wat zouden we in vredesnaam in
Amersfoort moeten? Uiteindelijk nam Henk de huistelefoon op.
'Hoi Henk, met
Lotte, ik bel je toch niet uit bed hè?'
- 'Jawel.'
- 'Jawel.'
'O, uh,'
Ik kon ook moeilijk zeggen, 'nou kruip dan maar weer in bed. Slaap lekker.'
'Ja, nou, ik ben dus samen met een vriendin gestrand in Amstelveen. Dus ik vroeg me af, zouden we misschien bij jullie kunnen slapen?'
Het bleef even stil.
– 'Ja. Ja, natuurlijk. Ik kan jullie ook moeilijk op straat laten staan hè?'
Ik kon ook moeilijk zeggen, 'nou kruip dan maar weer in bed. Slaap lekker.'
'Ja, nou, ik ben dus samen met een vriendin gestrand in Amstelveen. Dus ik vroeg me af, zouden we misschien bij jullie kunnen slapen?'
Het bleef even stil.
– 'Ja. Ja, natuurlijk. Ik kan jullie ook moeilijk op straat laten staan hè?'
Infographic |
Opluchting alom.
Terwijl ik de benodigde stations, bussen en richtingen herhaalde,
schreef Froukje alles op. Ik kreeg nog een sms'je van mijn vader.
'Niet in de verkeerde bus stappen hè?' En alsof we gewoon snapten
waar we mee bezig waren, kwamen we uiteindelijk bij Henks huis aan.
Daar was een bed voor ons. En 's ochtends zelf een ontbijtje met een
eitje.
Aan onze grote
nachtmerrie nooit meer weg te komen uit Amstelveen zijn we ontsnapt.
Waarvoor grote dank aan mijn lieve oom en tante Henk en Henriëtte en
bovenal mijn neefje Jan die midden in de nacht voor ons uit zijn bed
is getrapt. Het enige jammere aan het verhaal is dat we op zaterdag
niet meer gratis kunnen reizen en dus allebei 22 euro armer zijn.
Was de
voorstelling 22 euro waard? Ja, ik geloof het wel. Het was een mooie
avond. Ik vind het moeilijk om als een echte recensent een aantal
sterren te geven. Laat ik het hier bij laten: op schaal van één
tot mooie stem: 24.
Geen opmerkingen: