Het zal niet anders zijn dan dat Peter van Rooijen maandagavond overladen is met complimenten. Hij speelde zijn voorstelling ‘Liefde, dood en zwaartekracht’ in De Kleine Komedie in Amsterdam. Toch ga ook ik nog even iets schrijven. Niet omdat ik denk dat mijn mening belangrijker is dan die van zijn dierbaren, of van de recensenten, maar omdat ik vind dat het vaker gezegd moet. En ik het niet kan laten.
Oké, waar zal ik beginnen. Het was op zich geen verrassing voor me dat hij als tekstschrijver steengoed is. Hij heeft eerder een prachtige cd gemaakt en ik zie hem regelmatig bij Het Nieuwe Lied. Ik heb erg veel bewondering voor de zorgvuldigheid van zijn woorden. Ze zijn echt nooit cliché, nooit vergezocht en nooit pathetisch. Ze lijken bijna vanzelfsprekend, terwijl ze ondertussen heel nauwgezet een situatie, sfeer en gevoel neerzetten. Een meervoudige sfeer meestal. Liefdevol maar een beetje wrang, grappig maar een beetje tragisch. Zo is de zin ‘En het hondje likt het raam’ tegelijkertijd simpel en alleszeggend.
Gisteren las ik toevallig een artikel van Ellen Deckwitz waarin ze ingaat op het vaak verzuchte ‘waarom zeggen dichters niet gewoon wat ze bedoelen?’ Nee, zegt zij, dichters zeggen niet ‘gewoon’ wat ze bedoelen, omdat ze precíes zeggen wat ze bedoelen. Dat geldt ook voor Peters teksten.
Maar liedjes zijn niet alleen tekst. Liedjes zijn ook muziek. Daar heb ik minder vocabulair voor, behalve dan dat ze, nou ja, erg mooi zijn. Op een of andere manier krijgt hij het voor elkaar dat ze de tekst exact ondersteunen en aanvullen. Dat ze allemaal anders zijn, en precies kloppen.
Dat ik dit alles eigenlijk al wist, deed niet af aan mijn omvergeblazenheid van maandagavond. Dat komt door de vorm. In deze vorm, met deze arrangementen, deze band, en, niet te vergeten, dit lichtplan, krijgen de liedjes de volheid en nuance die ze verdienen. En de presentatie die Peter verdient.
Ik was deze blog een beetje vergeten, maar toen ik maandagavond thuis kwam zat mijn hoofd er zo vol van dat ik het als vanzelf opschreef. Het was even nodig.
Foto: Jaap van Reedijk |
Geen opmerkingen: